Apeldoorn-Zuid is een echte volkswijk met een zeer gevarieerde populatie. In deze omgeving zet een aantal bewoners in 2014 een initiatief op, een buurtcoöperatie om het ‘samen leven’ een nieuwe impuls te geven. Raadsleden van de PvdA vragen of Hoornbeeck College een bijdrage wil leveren aan het project. De reactie van opleidingsmanager Marretje Hakvoort? “We doen mee!” Het project komt als geroepen.
Buurtcoöperatie
Het is steeds moeilijker om voor studenten Helpende Zorg en Welzijn (niveau-2) een stageplek te vinden in een erkend leerbedrijf. Omdat de buurtcoöperatie deze erkenning heeft, tellen de werkzaamheden die studenten uitvoeren als stage-uren. In de praktijk worden studenten gekoppeld aan een wijkbewoner – vaak een oudere – en gaan er wekelijks op bezoek en werken aan stage-opdrachten. Oud en jong leert van elkaar.
Eenzaamheid
Iedere bewoner heeft eigen wensen ten aanzien van deze ‘student aan huis’. De ene wil een uurtje vissen, bij een ander ligt er strijkwerk klaar. Ook het samen boodschappen doen is populair, net als gewoon een praatje maken. Eén van de bewoners gaat voor het eerst sinds acht jaar weer naar een winkel, dankzij de Hoornbeeck-stagiair. Studenten vinden de bezoekjes in het begin spannend, maar leren er veel van. Contacten maken bijvoorbeeld, beroepshouding en leren omgaan met andersdenkenden. Gaandeweg leren ze problemen herkennen: eenzaamheid is één van de meest voorkomende in Apeldoorn-Zuid. Overigens draaien studenten ook mee met koffie schenken en spel- en kookactiviteiten in het buurthuis. Daar komt – zeker als er activiteiten zijn – ook een stukje organiseren bij kijken.
In de ogen
De reacties van de bewoners zijn positief, er ontstaat vaak een band tussen bewoners en studenten. “Ik had niets aan de hulpverleners van de gemeente”, vertelt een bewoner, “maar wat deze dame doet, daar draait het om.” En de niet-gelovige columnist Remko Idema geeft in een column in 2015 de kern weer: ‘… deze reformatorische meisjes maakten de meeste indruk op mij. Ik vroeg ze hoe dat voor ze is, om met hun achtergrond deze wereld in te stappen. Een wereld met andere mensen, andere overtuigingen en met grote problemen. Wat zo knap is, ze laten hun normen thuis en brengen hun waarden mee. Ik keek één van die meisjes in de ogen en zag… ja, wat zag ik? Ik zag helemaal niets! Geen agenda. Geen terughoudendheid. Geen angst. Geen reserve. Geen oordeel. Wel contact; een onverwachte ontmoeting.’